Afgelopen week kwam Ans langs, de vrouw van Dolf, een trouwe vriend, die in februari overleed. Ze had een boek bij zich, dat Dolf had gekregen en dat ze nu voor mij bestemde, een dagboek nog wel. Maar wel een heel bijzonder dagboek met de mysterieuze naam: ‘The Book of Mysteries’. Voor elke dag een ‘geheimenis’ in de vorm van een verhaal. Het eerste ging ongeveer zo:
Mijn leraar vroeg aan mij: Kan iets dat klein is, bevatten wat groot is?’
‘Nee,’ antwoordde ik.
‘Kan iets dat eindig is, iets omsluiten dat oneindig is?’
‘Nee, zei ik opnieuw.
‘Ik denk het wel,’ antwoordde hij.
‘Hoe dan?
Hij pakte een klein potje van klei en haalde het dekseltje eraf.
‘Kijk,’ zei hij. ‘Het kan als het zich opent. Een gesloten pot kan nooit iets bevatten dat groter is dan zijn eigen afmetingen. Maar een open pot heeft geen begrenzing. Het kan het blazen van de wind laten horen of de neer gutsende regen. Het kan zelfs de stroom van een rivier bevatten.’
‘Maar waarom laat u mij dit zien?’
‘Wat is groter, dat wat je kent of dat wat je niet kent?’
‘Dat lijkt me duidelijk.’
‘Nou, dan lijkt het me wijs dat je zoekt wat je niet kent.’
‘Klinkt aannemelijk.’
‘Maar hoe kun je omvatten dat wat groter is dan jezelf … groter dan jouw vermogen om het te bevatten?’
‘… door het deksel van het vat te openen, vermoed ik.’
‘Precies,’ zei de leraar. ‘Alleen door jezelf te openen, kun je te weten komen wat je nog niet weet. Alleen door een open vat te worden, kun je omvatten wat groter is dan jezelf. De waarheid is altijd groter dan wat we weten. Je geest en je hart zijn eindig, potjes van klei, maar de waarheid heeft geen eind. God kent geen einde. De Aanwezige is oneindig … altijd in beweging.’
‘Zoals een rivier?’
‘Ja,’ zei hij, maar als de pot zijn deksel af zet, wordt het onbegrensd, het kan … Dus open je geest, je hart en je leven. Want alleen een geopend vat en een open hart kunnen de oneindigheid van God bevatten.